Tijdens het WK superbikes in Assen van vorig jaar kreeg Helmonder Jan Bevers de uitnodiging om zijn team te vertegenwoordigen op de jaarlijkse Race en Rally beurs. Een nieuwe zijspan-wegracer was voor de organisatie van het evenement reden genoeg om het Side car team Bevers afgelopen weekend in het Maastrichtse MECC, tussen het stuntspringen en diverse kartwedstrijden door, onder de aandacht te brengen.
'Op die beurs hebben we de motor met zijspan laten zien, die we komend seizoen gaan gebruiken', vertelt Jan Bevers. Volgens de 39-jarige Helmonder is het hoog tijd dat hij met nieuwe spullen gaat racen. Zijn oude 'fiets' stamt uit 1988 en is inmiddels toe aan vervanging. De nieuwe zijspanmotor is afkomstig van een bevriend team uit Engeland. 'Dit was een once in a lifetime-kans, die ik absoluut niet mocht laten liggen', vertelt de trotse zijspancoureur. 'Wij werken al een tijdje samen met het RCN-team van Collin Nicholson uit Engeland, die de machine tegen kostprijs voor me maakt. Dat scheelt al gauw zo'n zevenduizend euro. Op mijn aanraden gebeurt het frees- en draaiwerk nu bij Kusters Bosch uit Mierlo. Bovendien maak ik de airboxen voor zijn machine. Daarom staat de zijne op dit moment hier. Zo helpen we elkaar.'
Volgens Bevers heeft zijn nieuwe zijspanmotor een ander chassis, een betere stuurinrichting, is de motorinhoud verlaagd van 1200cc naar 1000cc en weegt het gevaarte een stuk minder, waardoor de machine een stuk beter bestuurbaar is. 'Daardoor moet ik weer vertrouwen winnen in het rijden op een wegracer. Het zal in het begin heel anders aanvoelen, maar ik weet dat Nicholson met die motor veel sneller is gaan rijden. Een stap voorwaarts is het sowieso, want aan het materiaal kan het nu niet meer liggen. De juiste afstelling is waar het nu om draait. Die hoop ik te vinden op 21 maart tijdens de internationale testweek op circuit Val de Vienne, nabij Poitiers in Frankrijk. Als de machine op tijd klaar is natuurlijk. Maar daar ga ik wel van uit.'
Trainen op de nieuwe zijspan wegracer is er niet echt bij voor Bevers en bakkenist Gunter Verbrugge. Iedere vrijdag kan het team in het Belgische Zolder drie uurtjes tekeer gaan op een plaatselijk circuit, maar frequent kun je die bezoekjes niet noemen. Bevers: 'Iedere keer kost het ons 150 euro om te mogen rijden. Bovendien is het logistiek een lastige onderneming. Het zijn dus voornamelijk de wedstrijden die ons de ervaring en techniek in het rijden geven.'
Met zijn nieuwe aanwinst hoopt de parttime textielbewerker in de toekomst meer Grand-Prixwedstrijden te gaan racen. Iedere coureur droomt ervan om door te dringen tot de vaste WK-elite. Voor de meesten blijft dat overigens een droom. Bevers: 'We hopen dit seizoen met behulp van wildcards een paar races voor het WK mee te pikken. Alle wedstrijden rijden, lukt gewoonweg niet. Je hebt dan een budget van minimaal vijftigduizend euro nodig en zelfs dat is nog erg beperkt. Misschien lukt het in de toekomst, maar vooralsnog kunnen we dat jammer genoeg niet betalen.'
Bron: Eindhovens Dagblad